Rauw – Het extra melkkoetje van de boer
Met de komst van de zomer verschijnen er steeds meer fietsers op de landwegen. Ze willen van het weer genieten, wat van de omgeving zien, even lekker uitwaaien, ontsnappen aan de drukte in de stad. Boerderijen langs populaire fietsroutes is dat niet onopgemerkt gebleven en ze grijpen de kans om een zakcentje te verdienen aan deze toeristen. Aan het begin van de zomer zijn aardbeien en kersen zelf te plukken, en aan het eind van de zomer staan er zakken met appels, peren, aardappels, uien, pompoenen en kalebassen aan de rand van het erf, zo mee te nemen voor een paar euro’s. De eierautomaat is het hele jaar rond beschikbaar, net als bloemstukjes en zoveelste-hands auto’s. En de melktap staat ook steeds vaker te pronken aan het begin van de oprit.
Melk die je in de supermarkt koopt, smaakt het hele jaar hetzelfde. Dit komt doordat alle melk ingezameld wordt en in grote tanks gemengd wordt. Melk van de ene boer hoeft echter niet hetzelfde te smaken als melk van een andere boer. Net als de smaak van een stukje vlees wordt beïnvloed door wat het beestje gegeten heeft, hangt de smaak van koemelk af van het voer van de koe, het seizoen, en de koe zelf. Want net als bij mensen, zijn er geen twee koeien hetzelfde, en dus ook hun melk niet. In principe is melk een net zo veelzijdig en variërend product als wijn, bier en kaas.
De melk in de melktap is vers van die dag en wordt in de automaat gekoeld bewaard. De meeste boeren vullen de automaat met rauwe melk, en er zijn tientallen websites met lijstjes van adressen waar men rauwe melk kan tappen. Want met trends als ‘lokaal’, ‘raw’, ‘puur’, en ‘onbewerkt’ stijgt de laatste jaren de vraag naar rauwe koemelk. Liefhebbers jubelen over de vollere, romiger smaak van rauwe melk, en alle recepten waar ze het aan toevoegen. Doordat de melk niet verhit is en niet gemengd is, blijven veel meer smaken behouden.
Tegenstanders van rauwe melk wijzen echter op de mogelijke gevaren: ziekte door bacteriën in de melk, een risico dat normaal gesproken wordt voorkomen door pasteurisatie of sterilisatie. De leveranciers van de melktap houden hier al rekening mee door op de tap te vermelden dat rauwe melk verhit dient te worden voor consumptie. De liefhebbers merken op dat de hygiëne bij de boer en van de koe inmiddels aan zulke strenge eisen moet voldoen, dat het risico al beduidend kleiner is dan een paar decennia geleden.
Volgens het CBS hebben de meeste melkveehouders in Nederland tussen de 50 en 100 koeien, die elk zo’n 8000 liter melk per jaar kunnen produceren. Per dag zou een koe dus gemiddeld 20 liter melk leveren. Zou het niet leuk zijn als er per koe een automaat komt te staan, zodat je elke dag een liter rauwe ‘Klara 71’ kan komen tappen, en dat er “familiedagen” komen waar de fans van Bella 392 samen kunnen komen om hun favoriete melkleverancier in het zonnetje te zetten? Dat melkveebedrijven vergeleken kunnen worden met wijngaarden, en dat ze zich kunnen onderscheiden, en kunnen concurreren, op smaak en mondgevoel? Technologisch is dit mogelijk, maar er moet wel een organisatie opstaan die dapper en bekwaam genoeg is om deze lastige uitdaging aan te gaan. Zulke bedrijven zijn schaars, maar, veehouders, wees gerust: We got this.
Dus, melkveehouders: koppel je los van de grote melkinzamelaars en begin je eigen melkgaard! Beperk je niet tot kant-en-klaar drank, maar promoot rauwe melk ook als ingrediënt voor pannenkoek, kaas, boter, en voor in de koffie. Op naar de rauwe melkrevolutie.
Bertine Smit